
Tijdig klagen over slecht aannemingswerk, anders verjaart recht op schadevergoeding
Een tandarts klaagt over slecht aannemingswerk, uitgevoerd in zijn tandartspraktijk. Maar de tandarts klaagde te laat en krijgt zijn schade daarom niet vergoed.
Een tandarts heeft een aannemer opdracht gegeven om in een door hem gekocht pand een nieuwe praktijkruimte voor zijn tandartsenpraktijk te realiseren. Ruim een jaar na de oplevering van de nieuwe praktijkruimte klaagt de tandarts dat er bollingen en verklaringen zijn ontstaan in een vloer. Negen maanden later presenteert een onderzoeksbureau een rapport hierover. Weer negen maanden later laat de tandarts aan de aannemer weten dat hij de boel moet herstellen en dat hij aansprakelijk is voor de vervolgschade. Ruim een jaar later stelt de tandarts de aannemer persoonlijk aansprakelijk en weer acht maanden later wordt hij gedagvaard (rechtbank Overijssel). Te laat, stelt de aannemer: de vordering is verjaard.
Lees hieronder verder
Verjaring
In het Burgerlijk Wetboek staat dat een rechtsvordering wegens een gebrek aan het opgeleverde werk verjaart door verloop van twee jaren nadat de opdrachtgever daartegen heeft geprotesteerd. Verstrijkt die termijn tussen het tijdstip waarop de aannemer aan de opdrachtgever heeft medegedeeld dat hij het gebrek zal onderzoeken of herstellen, en het tijdstip waarop hij het onderzoek en de pogingen tot herstel kennelijk als beëindigd beschouwt, dan wordt de verjaringstermijn met zes maanden verlengd.
Geen stuiting
De tandarts heeft niet vóór het verstrijken van deze (verlengde) verjaringstermijn een vordering ingesteld – de dagvaarding en de aansprakelijkheidsstelling dateren pas van 20 maanden na de verjaringstermijn. In de tussentijd heeft de tandarts wel laten weten ‘van mening te zijn’ dat de aannemer herstelwerkzaamheden moest verrichten. Dat is te weinig om de verjaringstermijn op te rekken: als hij ondubbelzinnig zijn recht op nakoming had geëist, dan was de verjaring gestuit en dan had hij dus langer de tijd gehad om de aannemer aansprakelijk te stellen. Stuiting betekent immers dat een nieuwe verjaringstermijn gaat lopen. Nu is de vordering van de tandarts verjaard en heeft hij geen recht meer op schadevergoeding. De tandarts moet wel de proceskosten (€ 9.459,-) betalen.
Uitspraak Rechtbank Overijssel | jurisprudentie | ECLI:NL:RBOVE:2025:47 C/08/303945 / HA ZA 23-391 | 07-01-2025
Wilt u meer informatie over aansprakelijkheidsrecht of heeft u een vraag over het onderwerp van dit artikel, neemt u dan contact op met Henriëtte van Dijk-Verheij. Ook kunt u ons contactformulier invullen, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met u op.