Regieovereenkomst of vaste prijsafspraak?
Een stel weigert een laatste deel van de factuur van een aannemer te betalen voor de verbouwing van hun woning. Volgens hen was sprake van een vaste prijs, volgens de aannemer van een regieovereenkomst. De aannemer vraagt de kantonrechter van de rechtbank Amsterdam om een oordeel. Die vindt dat partijen een richtprijs zijn overeengekomen en dat het stel daarom nog wat moet betalen aan de aannemer.
Aannemingsovereenkomsten zijn er in de praktijk in verschillende soorten. Bij een regieovereenkomst worden op voorhand slechts afspraken gemaakt over de uurtarieven en de eenheidsprijzen van materialen en brengt de aannemer uiteindelijk daadwerkelijk gemaakte kosten in rekening. Een regieovereenkomst wordt bijvoorbeeld gekozen wanneer de opdrachtgever bij het aangaan van de overeenkomst zijn eisen in abstracto kan omschrijven, maar de aannemer nog onvoldoende heeft kunnen inschatten en specificeren welke werkzaamheden concreet nodig zijn. Belangrijk hierbij is dat de aannemer een uitgebreide administratie bijhoudt en daarvan (ook tussentijds) verantwoording aflegt aan de opdrachtgever.
Lees hieronder verder
Vaste prijs of richtprijs
Naast de regieovereenkomst kunnen partijen werken op basis van een vaste prijs of met een richtprijs. Bij een vaste prijs wordt voor aanvang van de werkzaamheden een prijs afgesproken, waarvan in beginsel niet wordt afgeweken. Bij een richtprijs is sprake van een indicatie van de prijs en kan de uiteindelijke prijs hoger of lager worden.
Kostenopgave
In deze zaak heeft de aannemer een gespecificeerde kostenopgave gedaan voor de verbouwing van de woning. Nadat hij startte met de werkzaamheden, heeft hij een nieuwe kostenopgave gedaan omdat de opdracht iets was gewijzigd. Die laatste kostenopgave bevatte een totaalbedrag, waarvan ongeveer een derde deel was weergegeven als een stelpost, een voorlopige schatting.
Concrete opdracht
Naar het oordeel van de kantonrechter was in deze zaak, anders dan de aannemer zegt, geen sprake van een regieovereenkomst. Als daarvan sprake was geweest, had de aannemer regelmatig een specificatie van gewerkte uren, geleverde materialen en gebruikt materieel moeten verstrekken aan het echtpaar. Dat heeft hij niet gedaan. De opdracht was daarnaast bij aanvang voldoende concreet om een gespecificeerde kostenopgave te kunnen opstellen. Werken op regiebasis volgde naar de mening van de kantonrechter dus niet uit het type opdracht. Het blijkt ook nergens uit dat partijen hebben afgesproken dat de aannemingsovereenkomst op regiebasis zou worden uitgevoerd.
Raming
Dat laatste geldt ook ten aanzien van een vaste prijs; uit niets blijkt voor de kantonrechter dat een vaste prijs is afgesproken. In de kostenopgave wordt gesproken van een ‘vrijblijvende raming’ en ‘aangepaste begroting’. Omdat de aannemer de technische tekeningen van de aanbouw nog niet had, kon hij ook geen vaste prijs bieden. Verder is sprake van een relatief groot aantal stelposten, ongeveer een derde deel van de kostenopgave. Dit rijmt ook niet met een vaste prijsafspraak. De kantonrechter oordeelt daarom dat de kostenopgave geldt als richtprijs en stelt de uiteindelijke kosten vast rekening houdend met meer- en minderwerk. Dit leidt ertoe dat het stel nog een paar honderd euro moet betalen aan de aannemer.
Uitspraak Rechtbank Amsterdam | jurisprudentie | ECLI:NL:RBAMS:2024:4771 | 25-07-2024
Wilt u meer informatie over overeenkomstenrecht of heeft u een vraag over het onderwerp van dit artikel, neemt u dan contact op met Henriëtte van Dijk. Ook kunt u ons contactformulier invullen, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met u op.