Ouder zonder gezag kan geen voogd worden over eigen kind
In haar testament schreef een vrouw dat haar vriend, met wie zij een kind heeft, na haar overlijden de voogdij op zich moet nemen. Maar die mogelijkheid biedt de wet niet. De rechtbank vindt toch een passende oplossing.
Een man en een vrouw wonen 18 jaar samen, totdat de vrouw overlijdt. Ze hebben samen een kind dat dan nog minderjarig is. Ze hebben altijd een gezin gevormd. De vader heeft het kind erkend, waarmee hij de juridische vader van het kind is geworden. De ouders hebben nooit in het gezagsregister laten aantekenen dat de vader mede het gezag over het kind heeft. Daarom was de moeder, tot haar overlijden, alleen met het gezag belast.
Lees hieronder verder
Testamentaire voogdij
De moeder heeft bij testament bepaald dat na haar overlijden de vader als voogd het gezag zal uitoefenen. Na het overlijden gaat de vader naar de rechtbank Den Haag om de zogenoemde ‘testamentaire voogdij’ te aanvaarden. Maar dat kan niet: de benoeming van de vader tot voogd in het testament in combinatie met de aanvaarding van die benoeming door de vader kan niet leiden tot voogdij, uitgeoefend door de vader. Voogdij is een gezagsvorm die niet kan worden uitgeoefend door iemand die als ouder in familierechtelijke betrekking staat tot het kind. Wettelijk is het ook niet mogelijk om in het testament vast te leggen dat de overlevende ouder met het ouderlijk gezag belast wordt.
Voogdij en ouderlijk gezag
Er is een duidelijk onderscheid tussen voogdij – gereserveerd voor niet-ouders – en ouderlijk gezag. Op de voogd rust bijvoorbeeld de verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording. Een ouder met gezag hoeft dat niet te doen. Ook zijn er verschillen hoe gezag en voogdij kunnen eindigen. Door het onderscheid dat er in de wet wordt gemaakt, past het niet in het systeem om een ouder met voogdij te belasten.
Ambtshalve
De rechter heeft verder gekeken in deze zaak. Het is in het belang van het kind dat haar vader, die haar met haar moeder heeft verzorgd en opgevoed, het gezag over haar uitoefent. Het kind heeft de rechter ook verteld dat zij dat zou willen. De vader wil het gezag graag uitoefenen. Op grond van de wet, artikel 253g boek 1 BW, kan de rechter de vader ambtshalve belasten met het gezag. Dat gebeurt hier dan ook. De wens van de moeder wordt hiermee geëerbiedigd.
Bron: uitspraak Rechtbank Den Haag | jurisprudentie | FA RK 24-957 | 21-03-2024
Wilt u meer informatie over familie- en jeugdrecht of heeft u een vraag over het onderwerp van dit artikel, neemt u dan contact op met Augusta van Haga. Ook kunt u ons contactformulier invullen, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met u op.